Q&A: waarom kom je altijd aan op dezelfde plekken?
28 april 2020
Het zit altijd net op de heupen, of je buik of billen… Als je merkt dat je wat zwaarder wordt valt het je op dat dat altijd op dezelfde plekken gebeurt. Hoe kan dat toch? We vroegen het aan Mariëtte Boon, internist in opleiding in het Leids Universitair Medisch Centrum.
Mariëtte Boon: “Dat is onder andere afhankelijk van je geslachtshormonen. Vrouwen hebben meer vrouwelijke hormonen ‒ oestrogeen ‒ dan mannelijke hormonen (testosteron). Bij mannen is het precies andersom. Dat oestrogeenoverschot zorgt er bij vrouwen voor dat vet minder snel naar je buik gaat, maar sneller naar je heupen. Kom je in de overgang, dan neemt de hoeveelheid oestrogeen af, waardoor de hoeveelheid testosteron relatief hoger is en je sneller een buikje krijgt. Ook vrouwen met het Polycysteus Ovarium Syndroom (PCOS) hebben een overschot aan testosteron en daardoor vaker een ronde buik.
Lees ook: ‘10 manieren om op gewicht te blijven als je de deur niet uit kan‘
Niet zo stressen
“Bij mannen werkt het anders: op jonge leeftijd beschermt testosteron hen juist tegen het krijgen van een buikje. Als ze ouder worden en de hoeveelheid testosteron daalt, komt het vet er sneller bij hun buik aan. Ook stresshormonen kunnen ervoor zorgen dat het vet wordt verplaatst van je armen en benen naar je buik. Hoe gevoelig je hiervoor bent, verschilt per persoon. Ongeveer 10 tot 15 procent van de bevolking is er extra gevoelig voor. Er zijn ook geneesmiddelen, zoals prednison, die het stresshormoon nabootsen. Ook dan wordt het extra vet meestal in je buik opgeslagen.”
Brede heupen
“Waarom je altijd op dezelfde plekken aankomt, is vaak ook genetisch bepaald. Hebben alle vrouwen in een gezin brede heupen, dan heeft dat waarschijnlijk te maken met hun genen. Die bepalen namelijk of het vet in de vetcellen van je buik of van je billen wordt opgeslagen.
Programma’s als Tell Sell doen ons geloven dat we met bepaalde apparaten of oefeningen ons buikvet kunnen laten ‘wegsmelten’, maar dat is een fabeltje. Als je meer calorieën verbrandt dan er binnenkomen en je dus afvalt, bepaalt je lichaam waar het vet wordt weggesnoept. Daar heb je zelf geen invloed op. Door te sporten, gezond te eten, goed te slapen, je stressniveau laag te houden en kritisch naar je medicijngebruik te kijken, kun je het vet bij je buik of heupen kwijtraken. Maar dat duurt bij de een wel een stuk langer dan bij de ander.”
Meer over Mariëtte Boon
Mariëtte Boon (31) is internist in opleiding in het Leids Universitair Medisch Centrum. In 2014 promoveerde ze cum laude met haar onderzoek naar bruin vet. Samen met internist-endocrinoloog professor Liesbeth van Rossum schreef ze het boek Vet belangrijk (€ 20,99 Ambo|Anthos), vol feiten en fabels over lichaamsvet.
Bron: Santé februari 2020, tekst: Maike Abma