We moeten meer naar buiten voor genoeg vitamine D

6 oktober 2014

Van oktober tot maart komen veel Nederlanders te weinig buiten. Terwijl het voor de aanmaak van vitamine D juist belangrijk is om naar buiten te gaan.

Hoe zit dat met vitamine D en zonlicht?
Naar buiten gaan is niet alleen lekker, het is ook belangrijk voor de aanmaak van vitamine D. 70 tot 90 procent van de totale vitamine D-productie in ons lichaam, wordt onder invloed van zonlicht aangemaakt door onze huid.

Waarom gaan we te weinig naar buiten?
We willen wel meer naar buiten, maar door gebrek aan tijd en de kou doen we het niet. 17 procent vergeet gewoon naar buiten te gaan.

Hoeveel moet je buiten zijn?
De Gezondheidsraad adviseert om iedere dag tussen 11.00 en 15.00 15 tot 30 minuten buiten te zijn. Je hoofd en handen moeten bloot zijn, zodat je huid genoeg zonlicht kan opnemen.

Tips om meer naar buiten te gaan
Naar buiten gaan, is een gezonde gewoonte, net als sporten, ontbijten en genoeg water drinken. Probeer jezelf aan te wennen om regelmatig overdag naar buiten te gaan. Maak in de lunchpauze een wandeling of ga wandelend naar de supermarkt.

Wat zijn de gevolgen van een vitamine D-tekort?
De gevolgen van een vitamine D-tekort zijn niet direct merkbaar, maar hebben daardoor niet minder impact. Vitamine D is belangrijk voor sterke botten en gezonde spieren. Een tekort kan leiden tot spierzwakte, botbreuken en afname van mobiliteit. Bij ouderen met een ernstig vitamine D-tekort worden ook vaak botontkalking en zachte, zwakke en pijnlijke botten geconstateerd. Bij kinderen kan een ernstig vitamine D-tekort ook de Engelse ziekte (rachitis) veroorzaken. Zwakke, kromgegroeide botten en O-benen zijn hier verschijnselen van.

Bron: VitamineDinformatie.nl | Beeld: Shutterstock