Lekker in je eentje: een pleidooi voor de solo-oplaadvakantie
14 augustus 2023
We gunnen het onszelf zelden (lees: nooit), want ja, maak er maar eens tijd voor in een leven vol werk, wederhelft en sociaal leven. Toch is het de moeite waard om af en toe in je eentje op (mini)vakantie te gaan. Journalist Sara Madou (37) is groot fan en vertelt waarom.
Vier dagen in mijn eentje in een hotelkamer: zolang duurt het voordat ik tegen de televisie ga praten. Iedereen die ik vertelde over mijn eerste solotrip, keek verbaasd op. Alléén een week in een hotel? Waaróm dan? Is dat niet ontzettend saai? Nou, nee dus. Sterker nog: het is heerlijk. Ik kom helemaal tot rust en laad ervan op, bovendien is het leerzaam én inspirerend. Daarom ga ik nu zo’n twee á drie keer per jaar alleen op (mini-)vakantie.
Het idee ontstond vorig jaar, tijdens mijn eerste jaar als freelance journalist – daarvoor had ik altijd vaste banen gehad. Ik zat dagen achter elkaar te tikken en coördineren op tijdschriftredacties en na een extreem drukke maand, dacht ik: wacht eens even… Hét grote voordeel van freelancen is natuurlijk dat ik mijn eigen tijd kan indelen en het was de hoogste tijd om daar meer gebruik van te gaan maken. Ik besloot dat ik er even tussenuit wilde. En dan niet met mijn vriend – die altijd fanatiek wil sporten op vakantie – of vriendinnen, met wie het zoveel mogelijk hotspots aflopen is. Gewoon lekker in mijn eentje, zonder mensen om me heen, na al die maanden (net)werken op volle redacties. De bestemming was snel gekozen: Ameland, een eiland waar ik al kom sinds ik zes maanden oud was en waar ik iedere steen en plant wel zo’n beetje ken. De ideale omgeving voor mijn oplaadvakantie, want niks meer te ontdekken of uit te proberen – een behoefte die ik op een gewone vakantie wel heb. Kon ik al die tijd mooi gebruiken om te relaxen, te lezen en te niksen. Vooral dat laatste leek me wel wat. Uit het raam staren levert bij mij altijd de beste ideeën op, toch gun ik mezelf die momenten maar weinig. Wanneer had ik me nou voor het laatst nog écht verveeld..?
Doen wat je wil
Voor iemand die zichzelf altijd taken stelt en schema’s maakt, was het best even wennen, zo helemaal alleen. Vanaf het balkon met uitzicht op zee – eigenlijk veel te koud voor, maar goed – maakte ik iedere ochtend plannen voor die dag. Fietsen, wandelen, een Netflix-serie kijken, lezen… of toch een beetje werken? Het kon allemaal, ik had mijn laptop en een berg boeken en tijdschriften meegenomen. De eerste paar dagen voelde ik me wat onrustig. Schuldig ook, dat ik ‘niet nuttig bezig was’. Dus kroop ik toch weer achter die laptop, terwijl ik ook een strandwandeling had kunnen maken. Het voelde best gek om mijn eigen tijd volledig in te delen op basis van wat ik op dát moment wilde. Dat was ik niet meer gewend, met deadines die om aandacht schreeuwden, een partner met plannen en allerlei dingen die gewoon moéten gebeuren in huis (volgens mijn eigen strenge brein). Het leek wel alsof ik verleerd was om te luisteren naar ik écht wilde. Maar na een dag of twee begon het weer te komen. Ik nam me voor om naar een café in het dorp te fietsen. Maar eenmaal op de fiets realiseerde ik me dat ik veel meer zin had om een boek te lezen op het lezen op het strand. Niemand die het uitmaakte als ik spontaan mijn plannen wijzigde, toch keek ik figuurlijk over mijn schouder. Het was toch mijn eigen idee geweest om naar het café te gaan? Ik moest een beetje lachen om mezelf. En besloot te doen waar ik zin in had, en dus ging ik gewoon naar het strand, punt. Na die openbaring kreeg ik de smaak te pakken. Iedere dag kwam ik beter in het ritme van geen ritme hebben. Ik staarde wat uit het raam, of ging ergens op een bankje kijken naar voorbijwandelende mensen.
Alleen met mijn eigen brein
Die eerste solotrip duurde zo’n anderhalve week. Stiekem vond ik het best fijn om een tijdje met niemand te hoeven praten – ik probeerde die week ook zo min mogelijk te appen of Instagrammen. Minder tijd besteden aan beleefdheidsgesprekjes en groepsappupdates bespaard niet alleen tijd, maar gaf me ook meer rust in mijn hoofd. Ik sliep beter en piekerde minder. Een complete kluizenaar was ik trouwens nou ook weer niet. Ik deed boodschappen, zat op (verwarmde) terrasjes en ging uit eten als ik geen zin had om te koken in mijn appartement. Voor de zekerheid nam ik dan een boek mee, maar dat bleef vaak in mijn tas. Met wat om me heen kijken én bewust genieten, had ik genoeg te doen. Al die tijd alleen met mijn eigen brein bracht me ondertussen bakken met inspiratie. De ideeën bleven maar komen en uit sommige daarvan zijn later ook echt nieuwe samenwerkingen ontstaan. Ik had me voorgenomen om niet fanatiek aan het werk te gaan, maar mezelf wel open te stellen voor inspiratie en ideeën. Omdat ik zo leuk vind om te doen, voelde dat amper als werk.
Keuzestress
Na die eerste keer was ik helemaal om. De rust die het veroorzaakte in mijn hoofd hield zeker nog een maand aan. M’n vriend merkte het ook, ik liep minder gestrest door het huis en lag niet urenlang te woelen en piekeren in bed. Genoeg reden dus om het concept daarna te blijven herhalen. Van een weekendje dwalen door Gent – waar mijn roots liggen en waar ik het op mijn duimpje ken – tot een week in het Limburgse huis van mijn ouders, tijdens hun vakantie. Altijd zorg ik ervoor dat ik niets hoef. Dus kies ik geen bestemmingen waar nog van alles te ontdekken valt. Bloedsaai is voor een normale vakantie met je lief of gezin geen aanbeveling, hier is het juist de sleutel voor succes
Als ik erover vertel aan vriendinnen, merk ik dat ze zoiets ook wel eens zouden willen doen. Maar altijd is er wel een reden te bedenken waarom het niet kan. Dat eeuwige schuldgevoel, terwijl je het jezelf gewoon moet gunnen, een paar dagen in je eentje opladen. Maar misschien heb ik makkelijk praten: ik ben eigen baas, heb geen kinderen en hoef alleen m’n vriend te vragen op mijn katten te passen als ik een week alleen weg wil. Als ik merk dat mijn gedachten tijdens een werkdag regelmatig afdwalen of ik ren weer van hot naar her, dan weet ik dat het tijd is om weer een paar dagen weg te boeken. In mijn eentje, plus een flinke stapel leesvoer. Dan kan ik er daarna weer tegen.
Sara’s oplaadadresjes
Hotel 1898 (Gent, België): Een prachtig gebouw – oud postkantoor – bomvol geschiedenis, met relaxte kamers met magnifieke minibar (zannierhotels.com/1898thepost)
Fort Resort Beemster (Zuidoostbeemster, Nederland): Je hoeft het land niet uit voor een solo mini-trip: hier hebben ze een prachtige wellness, èn is het fijn wandelen in de buurt. (fortresortbeemster.nl)
Villa Cordevigo (Verona, Italië): Voor next level jezelf verwennen. Een extreem luxe hotel, gelegen in een wijngaard, waar ze je drankjes brengen en het aan ‘t zwembad uitermate prettig niksen is. Perfect voor een week home away from home. (villacordevigo.com)
The Devonshire Club (Londen, Verenigd Koninkrijk): Er valt iets te zeggen voor een groot anoniem hotel, maar een boetiekhotel in een anonieme wereldstad is net zo handig. Zoals dit, in Shoreditch, met een bar zo fijn dat je er nooit meer weg wil. (devonshireclub.com)
Ameland: De Wadden zijn ideaal, en Ameland is mijn absolute favoriet. De eerste keer verbleef ik in een appartement (landal.nl/parken/ameland-state), maar ook top: hotels Zee van tijd (zeevantijd.nl) en Van Heeckeren (vanheeckerenhotel.nl).
Tekst: Sara Madou
Genoten van dit artikel? Dit artikel stond in het blad Santé, dat maandelijks in de winkel ligt!